maandag 26 november 2012

Riders on the storm

Weerbericht zaterdag : "Storm op komst". Excellent snoekweer in het verschiet. Voorspelbaar : zondag afgesproken met Paul om ons "geheim" poldertje nog eens met kunstaas te bestoken.
Terug was de bruin/witte Foxshad favoriet
Zaterdag was Paul reeds gaan vissen in het Groene Hart. Ikzelf was niet mee. Normaal gezien was het een jachtdag die echter niet doorging omwille van een overlijden van een familielid van één van mijn vrienden. Dus ontving ik een uitnodiging om mee uit vissen te gaan. Maar Paul vertrok om zes uur 's morgen en ik had nu eens geen zin om vroeg op te staan. Dus Paul was alleen op stap. In het kort zijn dag : veel mist,weinig wind, te veel hengelaars, aan het water palende eigenaars die de dagelijks terugkerende poldervissers die hun privacy storen meer dan beu zijn, niet aflatende internetberichten over steeds dezelfde schaarder wordende polderstekken met overbevissing tot gevolg en als vangst één snoek.
Van volharding gesproken. Zondag was Paul terug op pad. Niet alleen, maar met mij als chauffeur, op voorwaarde dat pas om acht uur vertrokken werd. CD-lader vol met Tom Waits, Neil Young, Stones en Doors. Muzikaal terug in de tijd. L.A. Woman, Riders on the storm. Voor de hand liggend weliswaar, maar het heeft wat als je op dit nummer moeizaam en tegen de windstoten in de grote rivieren over rijdt.
Streameren zat er spijtig genoeg niet in. Dan maar de lichte baitcaster genomen met het nieuwe model Foxshad voorzien van 5 gram lood en 2 weerhaakloze Gamakatsu dreggen nummer 2.
Ondanks het goede snoekweer was het niet fameus. Onze goede stekken leverden niks op. De ganzen en smienten waren wel overvloedig aanwezig. Ze vlogen met tegenzin op en hadden de grootste moeite vooruit te geraken. De hazen lieten zich dan weer minder zien. Na een dag ploeteren had ik vijf snoeken en Paul er slechts één. Het is wat, maar niet super, het weer indachtig. 
Het  nieuwste model Foxshad mag er wezen : stevig met lekker flankende actie. Wel te duur voor een stukje plastic, vind ik.  Maar ze vangen wel. Geef me maar de bruin/witte versie met de oranje staart. Een topper.  

donderdag 22 november 2012

Veel streamers, geen vis

Nu we toch bezig zijn, laat ons maar even verder gaan met pessimistische berichten.
Ook vandaag bleven deze streamers onaangeroerd 
Jarenlang heb ik bijna uitsluitend met de streamer snoek en snoekbaars belaagd. Nu komt het er niet meer zo van. Dit neemt niet weg dat ik het niet kan laten af en toe achter de vice plaats te nemen om terug enkele snoekstreamers te binden om aan mijn verzameling toe te voegen. Als haak gebruik ik meestal een langstelige Gamakatsu LS-5013F in de maat 6/0 of de kortstelige F314 in de maat 2/0, die zeer bruikbaar is bij de bouw van tandemstreamers. Verder zijn ook de Kamasan Aberdeen B940,  Partridge Aberdeen Perfect en de TMC (Buyan) 96P in de supergrote maat 9/0 bruikbaar. Van de veel gebruikte Ad Swier pikestreamerhooks daarentegen ben ik niet zo gecharmeerd. Ik vind ze een beetje lomp en vaak onscherp. Ik weet het, velen denken hier totaal anders over.
Qua bindmateriaal gebruik ik steeds minder bucktail en dan nog hoofdzakelijk als versteviging, bijvoorbeeld ter ondersteuning van de staart van de streamer. De laatste jaren ben ik immer  steeds meer overgeschakeld op synthetisch bindmateriaal zoals diverse soorten lureflash en EP-fibers. Mits op de juiste manier ingebonden, hebben synthetische materialen een zeer goede mobiliteit zonder de streamer nodeloos te verzwaren. Niet-natuurlijke materialen maken grote, lichte en dus gemakkelijk te werpen streamers mogelijk.
Alhoewel ik een voorkeur heb voor grote, lange en veelal tandemgebonden streamers tot 30 cm lang, moet ik toegeven dat er toch vaak momenten zijn dat de snoek kleiner streamers tot zo'n 15 cm verkiest. Verder bind ik bijna steeds kettingoogjes in omdat die de streamer een jigachtige actie geven.
Mijn streamers bewaar ik in zelfgemaakte wikkelmappen uit leer waarbij ik de snoekvliegen op schapenvacht prik. In de handel zijn deze opbergsystemen, bij mijn weten niet verkrijgbaar.Vele, vele jaren geleden heeft mijn moeder deze mappen voor mij samengeknutseld, zodat ze een blijvende herinnering aan haar zijn..
Gisteren vond ik in een hoek van mijn viskamer een vierdelige 10 voets vliegenhengel  gemaakt uit een Engelse Harrisonblank door Steve Parton. Qua esthetiek kan deze hengel zeker niet wedijveren met een handgebouwde Cor Spinhoven, maar werpen doet deze hengel als de beste. Deze Sparton vliegenhengel is geschikt voor een lijn aftma 9 tot 11. Ik had deze hengel aangeschaft voor het vissen op reservoir Northamptonstyle.  Aangezien het er niet van kwam, zet ik deze hengel ook in voor het snoekstreameren met een Rio Piketaper 10F en als reel een oude Hardy Marquis Salmon. Een beetje zwaar, ik weet het, maar ik hou van oude reels.
Deze namiddag had ik een aantal uren uitgetrokken voor het snoekstreameren in een Vlaamse polder waar enkele jaren geleden onze snoekmeenemende medemens nogal goed had huis gehouden. Maar het kan toch niet dat in de totaal 15 kilometer lange weteringen niets meer zit ?   Tegen beter weten in hoopte ik nog steeds op succes. Niettegenstaande het goede snoekweer kwam ik opnieuw van een koude kermis thuis. Drie uur gezwiep in de harde wind brachten me niks. Eén zaak staat vast. Al word ik 120, zonder streamers raak ik nooit.

woensdag 21 november 2012

Wie vist, vangt graag eens wat

Zeker als je reeds lang vist, deel je waarschijnlijk dezelfde mening. Ook moet je er maar eens de diverse hengelsportsites op na lezen. Of de persoonlijke weblogs en fora. Overal vind je dezelfde teneur. De roofvisvangsten verminderen jaar na jaar, terwijl het aantal roofvissers groeit en het (illegaal) meenemen toeneemt. En over de beroepsvisserij in Nederland wil ik het helemaal niet hebben. Daar word ik helemaal depressief van. Dit terwijl de handel in hengelmaterieel en het aanbod nimmer zo groot was. En de sterhengelaars ons topvangsten beloven met flitsende promofilmpjes. Makkelijk zat als je op een privéwater kunt vissen of een anders gevangen roofvis een aangeprezen kunstaasje in de bek kunt hangen.
"Ga weg met je nonsens middeloude pessimist", hoor ik je al denken. Toch heb ik, denk ik, een punt. Ik ben immers wat gewoon wat slechte vangsten betreft. Uit Vlaanderen ben ik immers afkomstig, een landsgedeelte dat onder andere bekend staat om zijn plezier, bier en frieten, maar zeker niet om zijn goede roofvisstand. Een streek waar kunstaasvissen aanleren zeer moeilijk is omdat je maar eens om de tien visbeurten een aanbeet krijgt, die je dan vervolgens uit verrassing mist.
In de Hollandse polder heb ik leren kunstaasvissen, op de grote rivieren leren vertikalen en reeds lang voor streetfishing zo nodig populair moest worden waren we al in diverse Nederlandse steden actief.  Ik overdrijf niet : in al die jaren  hebben we duizenden en duizenden snoeken, snoekbaarzen en baarzen gevangen en terug gezet, weliswaar op enkele tientallen snoekbaarzen na die voor een feestelijk maal bestemd waren. Aan ons zal het dus niet liggen dat de roofvisstand afneemt. We hebben heel veel (vis)plezier gehad in Nederland en nu nog af en toe een beetje. De horeca heeft er steeds wel bij gevaren én de hengelsportwinkeliers.
De laatste jaren vangen we echter op jaarbasis nog niet wat we vroeger in enkele weken konden vangen. De grote rivieren zijn glashelder geworden en lijken in grote mate ontdaan van roofvis, de steeds kleiner en ondieper wordende Hollandse polders worden overspoeld met hengelaars terwijl de snoekstand verder afneemt. Slecht, zou je denken. maar nog altijd niet zo slecht als in Vlaanderen.  Het bekendste snoekbaarskanaal van Vlaanderen wordt momenteel vakkundig naar de knoppen geholpen. Maar de snoekstand is nog meer om van te huilen. Aangezien we, vaak tegen beter weten in, toch niet willen opgeven werden op maandag en dinsdag twee prachtige Vlaamse openbare hengelwaters zowel vanaf de oever, als vanaf de boot, met kunstaas bevist. Het resultaat was zero of te nul. We kregen zelfs geen enkele aanbeet. Op zich waren we niet echt verrast want deze hengelwaters werden reeds enkele jaren terug vakkundig door hengelaars van snoek ontdaan. Onmogelijk ? Ons moet je al lang niet meer wijs maken dat je een water niet van roofvis kunt ontdoen. We hebben het maar al te vaak meegemaakt.
Over de diverse oorzaken van de teloorgang van de roofvisstand werd reeds veel geschreven en ik laat het er ook bij. Maar ik kan nog altijd niet begrijpen dat noch de hengelsportindustrie, noch de overheid, moeite doet voor een goede visstand. Zonder vis geen verkoop of toerisme. Wie vist, vangt graag eens wat. Voor een natuurwandeling, heb ik geen visgerei nodig.  Iemand op termijn soms geïnteresseerd in een pak hengels of een gigantische kunstaasverzameling ? Echter nu nog niet, voorlopig kijk ik nog even de kat uit de boom. Misschien keert het tij alsnog.

vrijdag 16 november 2012

Strangers in the night

Ongelooflijk hoeveel mensen en wie er allemaal 's nachts momenteel langs de Zeeuwse stranden terug te vinden zijn. Overigens niet zo abnormaal. Sinds enkele weken zijn de vangsten vanaf het strand minstens goed te noemen. Tenminste als je de juiste stekken kent en niet veroordeeld wordt tot de traditionele plekken waar men schouder aan schouder staat.  Dit is niets voor ons. Liever wat minder en rustiger.
Aliens from outer space discovered ?
Spijtig genoeg behoren de goede gulvangsten tot het verleden. Niets was mooier dan met licht materiaal vanaf het strand gullen vangen. Alhoewel de meeste hengelaars anders denken, een technische visserij ook waarbij we gebruik maakten van allerlei onderlijnsystemen met clips om toch maar vijf meter verder te kunnen gooien. Want maar al te vaak was het zo dat enkel een heel verre worp vis opleverde. Speciaal voor de gulvisserij, maar in de zomer ook voor de zeebaars, hadden we een unieke schuivende onderlijn met impact shield ontwikkeld waarbij het aas boven het lood aangeboden wordt, maar de vis bij het drillen onder het lood komt waardoor de kans op vastzitten verkleind wordt en rechtstreeks op de vis kon gedrild worden. Voor de moeilijk stekken met geulen en kleiranden maakten we steeds gebruik van breakaway loodlifters. We kochten ons speciale Zziplexhengels bij Leeuwlantsport te Antwerpen om toch maar verder te kunnen werpen. Heel stevige verwerpkanonnen, die ik tot op heden nog steeds gebruik en waarover ik nog altijd uiterst tevreden ben. Ik zou geen andere hengels willen voor de strandvisserij.
Aan gulvissen komen we de laatste jaren echter niet meer toe aangezien de vangstkansen te klein geworden zijn. Hopelijk komt men eens tot het besef dat de commerciële visserij moet afgeremd worden zodat de kabeljauwstand zich kan herstellen. Laat ons hopen dat we nog eens de vangsten van twintig jaar of meer geleden mogen meemaken. Toen vingen we op een tij regelmatig tot tien gullen, met uitschieters tot 4 à 5 kilogram. Dit is overigens niks in vergelijking tot de kabeljauwen die ik zag begin jaren zeventig en die als kind een enorme indruk op me gemaakt hebben. In de winter gingen mijn vader en ik regelmatig wandelen langsheen de Zeeuwse stranden waar in november en december tientallen hengelaars met poken van zeehengels voorzien van kilozware Luxormolens, gevuld met  50/100 nylon, toch enorme grote kabeljauwen vingen. Trots werden tot 10 kilogram zware kabeljauwen geëtaleerd op het strand. Toen al nam ik me voor dat ik ooit vanaf het strand zulke monstervissen zou vangen. Vanaf de oever heb ik later nooit zwaardere gullen dan vijf kilogram gevangen maar daar was ik al meer dan tevreden mee. Het was steeds opwindend om een zwaar op de hengel beukende gul te kunnen drillen en landen.
Aangezien er dus heel wat vis langs de kust binnen werpafstand zit en deze week de weersomstandigheden en het tij optimaal waren, werden drie namiddagen en avonden vrijgemaakt voor de strandvisserij. Niet op gul, maar op schar, wijting en alles wat maar bijten wilde. Veel hengelaars hadden hetzelfde idee want vanop de dijk konden we tientallen lichtjes van petroleumvergassers zien.
Drie avonden werden uitgetrokken voor het strandhengelen over laag water en we hebben goed gevangen. Doubletten schar, puitaal, spiering, zeedonderpadden, meuntjes en wijting, zij het van kleine afmeting. Drie avonden stonden de toppen van onze zeehengels niet stil. Anderhalve kilogram zeepieren werd opgevist. In totaal kregen we tussen rond de 175 vissen op de oever.  
De twee avond viel plots mijn lijn slap. Een goed teken want enkel grote vissen kunnen het ankerlood los trekken waardoor de spanning op de lijn verdwijnt. Het bonken verried een gul en dat was het uiteindelijk ook. Na vele jaren kon ik nog eens vanaf het strand een gulletje van zo'n twee kilogram landen. Een bezoeker die die avond heel wat nachtvissers bezocht had, wist me te vertellen dat dit de eerste gul dit seizoen was, waar hij weet van had. Deze toch niet zo spectaculaire vangst was zelfs doorgedrongen tot de hengelsportzaak waar men mij wist te vertellen dat een Belgische hengelaar een avond voordien een gul had gevangen. Naar aloude visserstraditie was de gul echter al in grootte en gewicht toegenomen.

dinsdag 13 november 2012

Stram

Mijn uiterst stramme en stijve benen herinneren me tot vandaag niet alleen aan het feit dat ik geen twintig meer ben, maar ook aan het afgelopen weekend. Drie verschillende jachtpartijen stonden immers op het programma. Aangezien ik zelden geposteerd sta en dus meestal met de drijvers meega heb ik zaterdag en zondag heel wat kilometers afgelegd
Prachtig jachtrevier in een dichtbevolkt land
Het weekend werd gekenmerkt door ups and downs. Op één van de jachtdagen was, zoals nog wel eens voorkomt, een behoorlijk egoïstische genodigde aanwezig die zijn buren weinig jachtplezier gunde door steeds heel vroeg en voor de anderen uit te schieten.  Een beetje hoffelijker zou wel mogen. Vervelend, maar wat doe je er aan ?
Met Roland werd in een prachtig meersengebied gejaagd, om 's namiddags verder te doen in een oud bosgebied. Het volledige weekend was ik niet goed bij schot, zeker niet wat hazen betrof. Niettegenstaande ik er vijftal wist te schieten, miste ik er bijna evenveel. Het verwondert me echter niet zo. Mijn zwak punt blijven hazen. Met konijnen en vliegend wild heb ik echter nooit problemen gehad. Tot mijn troost werden ook door de medejagers behoorlijk wat hazen gemist zodat ik niet alleen met beschaamde kaken stond. Eén van de drijvers was niet tevreden dat zijn inzet door ons niet met meer hazen gehonoreerd werd.
Gelukkig kon ik  mezelf troosten met enkel mooie verre schoten op duiven en fazanten.
Eén zaak is zeker. Alhoewel dat heel tijd en moeite naar het beheer van het jachtrevier gaat, vermindert de wildstand jaar na jaar. Niet dat we niet tevreden zijn met een bescheiden tableau maar met zulke grote inspanningen er zou gewoonweg meer wild moeten zijn. Toegenomen predatiedruk en biotoopverlies beslissen er echter anders over.  We dienden dan ook over het volledige weekend tevreden te zijn met een twaalftal hazen, een tiental fazanten en enkele wilde eenden.

dinsdag 6 november 2012

De laatste jacht

Het voorbije weekend werd terug tijd gemaakt voor onze jachtpassie.
Zaterdag werd een halve dag besteed aan wat wij een "wandeling" doorheen het jachtterrein plegen te noemen. Gewoon uitwaaien, weliswaar met enkele drijvers, het geweer en de hond. Het weer zat niet echt mee met bij wijlen hevige wind en enkele stevige regenbuien.  Ook het wild is in dit revier zeker niet overvloedig aanwezig. Verleden jaar hadden we nogal wat fazanten, nu blijken die plots verdwenen. Nochtans resteerden er op het einde van het jachtseizoen nog een behoorlijk aantal. 's Morgens hadden we bij een brede, met riet omzoomde, wetering het geluk dat een aantal wilde eenden opvlogen. We konden er zes van schieten. De rest van de dag ging de aandacht uit naar weiden en akkerland waar we nog vier hazen aan het tableau konden toevoegen. Voor het overige viel er weinig wild te bespeuren met uitzondering van twee houtsnippen die door de hond vanuit een bosje opgejaagd werden. Zelfs houtduiven blijken momenteel niet aanwezig. Waarschijnlijk naar het zuiden getrokken, terwijl de duiven uit het noorden nog niet aangekomen zijn. Niettegenstaande de eerder zwakke voormiddag was de namiddag een culinaire topper. Noël zorgde voor een heerlijke zelfgemaakte soep met reuzenballen die door iedereen gesmaakt werd. Bij Marc, een bevriende jager en chef-kok, gingen we huisbereide stoverij en frieten afhalen en als afsluiter zelfbereide rijstpap. Alsof dit nog niet genoeg was, was het tweede dessert een overheerlijke bavarois van passievrucht.  Maar ook de wijn, een oude chateau Margaux en de Armagnac mocht er best wezen.
Drijvers en jagers, allen samen de groenbemesting in
Zondag was een dag van vreugdevol weerzien van bevriende jagers maar ook een dag van afscheid. Luc stopt na vijfenveertig jaar met de jacht in zijn wonderbaarlijk revier. Een natuurlijk beheerd en uiterst wildrijk revier waar hoogstens tweemaal per jaar zorgzaam gejaagd werd en waar het een waar voorrecht was uitgenodigd te worden. Wij mochten deel uitmaken van de laatste jachtpartij daar ooit door hem georganiseerd. Ik moest direct terugdenken aan de documentaire die een vijftal jaren geleden gemaakt is over de laatste jacht in Schiermonnikoog (zie hiervoor Youtube : http://www.youtube.com/watch?v=7_roJlhHQjQ ) en de sfeer die daar weergegeven werd. Plezier gemengd met verdriet om wat niet meer komen zal. Wat hebben we mooie jachtdagen beleefd in Lucs revier waar weidelijkheid en natuurlijke jacht op de eerste plaats kwamen. Waar etiquette diende nageleefd te worden tot in de puntjes en waar wild met diep respect bejegend werd. Waar zorgzaam met de natuur omgegaan werd. Dankbaar om de vele jaren dat wij bij Luc konden jagen werd na een hartelijke ontvangst in het jachthuis, maar toch wel een beetje met de krop in de keel, de laatste jachtdag aangevat. In het verleden waren de weergoden ons altijd goed gezind geweest maar deze maal toch iets minder, getuige de pittige regenvlagen vergezeld van hevige windstoten. Met deskundigheid werden een vijftiental drijvers en tien geweren gedirigeerd en geposteerd. De dag ging in een ijltempo voorbij. Het wild vloog door de vele regen niet altijd naar behoren, maar het kon ons niet deren. We genoten van de laatste jachtdag samen. Het tableau was door de weersomstandigheden qua grootte niet naar vroegere normen, maar daar ging het niet om. We konden de laatste jachtpartij afsluiten met een twintigtal fazanten, een handvol konijnen en enkele hazen.Het diner 's avonds verliep in opperbeste stemming. Desalniettemin kreeg onze jachtheer het bij de gebruikelijke toespraak en dankbetuiging door één van de genodigden het heel even moeilijk. Zeer begrijpelijk nu aan dit hoofdstuk een einde komt. Al de jachtdagen, die we dankzij de gastvrijheid van Luc in dit revier mochten beleven, staan voor altijd in ons geheugen gegrift.                          

vrijdag 2 november 2012

Snoeken en hazen kijken in de polder

Paul kon zoals gewoonlijk wel wat tijd vrijmaken, ikzelf had verlof en de wind zou hard waaien. Tijd om eens af te zakken naar een Hollandse polder waar wij blijkbaar de enige hengelaars zijn die er regelmatig komen. Een polder, bijna voor ons alleen, daar houden wij van.
De plaatselijke landbouwer, een heel vriendelijke man op leeftijd, en zijn zoon zijn nog steeds heel verwonderd dat wij honderden kilometers rijden om een uur of vijf-zes te komen kunstaasvissen. Het zal wel dat wij een beetje gek zijn maar bij gebrek aan betere alternatieven zijn we het al jaren zo gewoon.
Toen we  na een twee uur durende rit de de deuren van de Jeep openden waren wij toch wel verrast door de gure,heel harde wind. We waren van plan van te streameren maar daar waaide het echt wel te hard voor. Niet alleen is het dan heel moeilijk de streamer goed te plaatsen maar het is bovendien gevaarlijk jezelf of je vismaat te haken. Daarenboven was het polderwater behoorlijk bruin. Ook geen goede omstandigheid als het op streameren aankomt. Gelukkig regende het toen nog niet.
Mijn keuze viel vandaag op een 50 grams baitcaster die ik begin dit jaar door Cor Spinhoven speciaal voor mij op maat liet maken. Een lichte baitcaster voor het betere polderwerk, 2,30 m lang zo dat ik me niet teveel naar het water moet buigen (rugsparend dus) en voorzien van een lang kurken handvat, warm bij koudere dagen. Als reel werd een Shimano Calais opgetuigd. Aan de spinstang kwam een oude Foxshad van 15 cm in de regenboogforeluitvoering te hangen.
We beperkten ons vandaag tot de hoofd- en zijsloten van deze grote polder zodat we niet te veel van hier naar daar dienden te rijden.
Uit iedere wetering, die ietwat uit de wind gelegen was, gingen tientallen wilde eenden en smienten op de vleugels. Een voortdurend gesnater van ganzen maakte er ons op attent dat de vogeltrek in volle gang was.
Het mag duidelijk zijn dat we graag in deze polder vissen, niet alleen omdat er een redelijk snoekbestand aanwezig is en we het rijk bijna voor ons alleen hebben, maar ook omdat deze polder bijzonder wildrijk is.
Naast grote aantallen waterwild komen er nogal wat hazen voor. En mag ik nu juist een zwak hebben voor deze dieren. Niet zozeer om ze te bejagen, maar veeleer om ze te bewonderen. Nog steeds ben ik blij als plots een haas uit zijn leger veert en op de vlucht slaat. Nog steeds verwonderd aangezien het lijkt alsof deze haas plots uit de grond te voorschijn komt gekropen. En nog mooier is hazen te spotten in hun leger. Vandaag vond ik er twee in hun leger. Ik kon Paul er telkenmale op attent maken. En tweemaal zijn we erin geslaagd deze hazen ook niet uit hun leger te laten schrikken. Belangrijk hierbij is steeds in beweging te blijven en niet te blijven stilstaan want daar kan een haas echt niet tegen. Immers, wanneer je stilstaat en een haas in zijn leger bekijkt, zie je dit dier steeds maar zenuwachtiger worden tot op het moment dat de haas op de vlucht slaat En we laten hazen liever liggen waar ze liggen.  Ook wanneer we jagen laat ik hazen in hun leger steeds ongemoeid.
En vissen deden we ook natuurlijk. Op het einde van de dag hadden we elk vier snoeken en een snoek gemist. Mijn laatste snoek moet zowat een 85 cm lang geweest zijn, nam de shad keihard en gaf bovendien nog een behoorlijke dril. De baitcaster deed zoals verwacht zijn werk uitstekend. Uitgewaaid en nat, want droog was het toch niet gebleven, konden we langs pikdonkere wegen de weg naar huis aanvatten.