woensdag 21 november 2012

Wie vist, vangt graag eens wat

Zeker als je reeds lang vist, deel je waarschijnlijk dezelfde mening. Ook moet je er maar eens de diverse hengelsportsites op na lezen. Of de persoonlijke weblogs en fora. Overal vind je dezelfde teneur. De roofvisvangsten verminderen jaar na jaar, terwijl het aantal roofvissers groeit en het (illegaal) meenemen toeneemt. En over de beroepsvisserij in Nederland wil ik het helemaal niet hebben. Daar word ik helemaal depressief van. Dit terwijl de handel in hengelmaterieel en het aanbod nimmer zo groot was. En de sterhengelaars ons topvangsten beloven met flitsende promofilmpjes. Makkelijk zat als je op een privéwater kunt vissen of een anders gevangen roofvis een aangeprezen kunstaasje in de bek kunt hangen.
"Ga weg met je nonsens middeloude pessimist", hoor ik je al denken. Toch heb ik, denk ik, een punt. Ik ben immers wat gewoon wat slechte vangsten betreft. Uit Vlaanderen ben ik immers afkomstig, een landsgedeelte dat onder andere bekend staat om zijn plezier, bier en frieten, maar zeker niet om zijn goede roofvisstand. Een streek waar kunstaasvissen aanleren zeer moeilijk is omdat je maar eens om de tien visbeurten een aanbeet krijgt, die je dan vervolgens uit verrassing mist.
In de Hollandse polder heb ik leren kunstaasvissen, op de grote rivieren leren vertikalen en reeds lang voor streetfishing zo nodig populair moest worden waren we al in diverse Nederlandse steden actief.  Ik overdrijf niet : in al die jaren  hebben we duizenden en duizenden snoeken, snoekbaarzen en baarzen gevangen en terug gezet, weliswaar op enkele tientallen snoekbaarzen na die voor een feestelijk maal bestemd waren. Aan ons zal het dus niet liggen dat de roofvisstand afneemt. We hebben heel veel (vis)plezier gehad in Nederland en nu nog af en toe een beetje. De horeca heeft er steeds wel bij gevaren én de hengelsportwinkeliers.
De laatste jaren vangen we echter op jaarbasis nog niet wat we vroeger in enkele weken konden vangen. De grote rivieren zijn glashelder geworden en lijken in grote mate ontdaan van roofvis, de steeds kleiner en ondieper wordende Hollandse polders worden overspoeld met hengelaars terwijl de snoekstand verder afneemt. Slecht, zou je denken. maar nog altijd niet zo slecht als in Vlaanderen.  Het bekendste snoekbaarskanaal van Vlaanderen wordt momenteel vakkundig naar de knoppen geholpen. Maar de snoekstand is nog meer om van te huilen. Aangezien we, vaak tegen beter weten in, toch niet willen opgeven werden op maandag en dinsdag twee prachtige Vlaamse openbare hengelwaters zowel vanaf de oever, als vanaf de boot, met kunstaas bevist. Het resultaat was zero of te nul. We kregen zelfs geen enkele aanbeet. Op zich waren we niet echt verrast want deze hengelwaters werden reeds enkele jaren terug vakkundig door hengelaars van snoek ontdaan. Onmogelijk ? Ons moet je al lang niet meer wijs maken dat je een water niet van roofvis kunt ontdoen. We hebben het maar al te vaak meegemaakt.
Over de diverse oorzaken van de teloorgang van de roofvisstand werd reeds veel geschreven en ik laat het er ook bij. Maar ik kan nog altijd niet begrijpen dat noch de hengelsportindustrie, noch de overheid, moeite doet voor een goede visstand. Zonder vis geen verkoop of toerisme. Wie vist, vangt graag eens wat. Voor een natuurwandeling, heb ik geen visgerei nodig.  Iemand op termijn soms geïnteresseerd in een pak hengels of een gigantische kunstaasverzameling ? Echter nu nog niet, voorlopig kijk ik nog even de kat uit de boom. Misschien keert het tij alsnog.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten