woensdag 2 februari 2011

Kunstaas maak je zelf (2) - dubbele streamers, dubbele kansen

Meer dan twintig jaar geleden heb ik me de moeite getroost om elk visjaar met hoofdzakelijk één bepaald soort kunstaas, zoals spinners, pluggen en lepels, te vissen. Niet alleen om me de techniek eigen te maken, maar ook om eens aan te voelen of een bepaald soort kunstaas beter zou vangen. Zeker wat polderwater betreft, kwam ik tot de conclusie dat pluggen het vlugst onderhevig waren aan dressuur.
Zo heb ik jarenlang ook bijna uitsluitend met streamers gevist. Aanvankelijk met relatief kleine bucktailstreamers (ca. 15 cm) gebonden in matukastijl, dit is gebonden met toefjes bucktail bovenop de haaksteel. Later begon ik mijn streamers niet alleen met bucktail, maar ook met yakhaar, vossenhaar, veren, allerlei glitters, kunstmatige materialen ,enz. te binden op een manier dat de haaksteel rondom bedekt was. Ik bond de streamers bovendien zo groot mogelijk. Ook in polder ben ik liefhebber van groot kunstaas. Op één voorwaarde weliswaar en dat is dat het kunstaas niet veel trillingen veroorzaakt. Ik heb immers de indruk dat zeker groot kunstaas, dat veel trillingen uitzendt, vaker de roofvis afschrikt dan aanlokt. Vaak is een kleine wiebel veel beter dan groteske bewegingen.
Nu vis ik het vaakst met grote tandemstreamers tot 30 cm toe. Hiervoor gebruik ik meestal de langstelige Gamakatsu haken, model Aberdeen LS-5013F, in de maten 6/0 of 4/0, die ik met dikke dacron aan elkaar verbindt. Ook gebruik ik nog andere haken zoals de kortere haken met binnengerichte punt Gamakatsu F314 in de maten 2/0 en 4/0, Gamakatsu worm 36 in de maat 5/0, Kamasan Aberdeen B940 in de laten 2/0, 4/0 en 6/0, evenals de verschillende snoekstreamerhaken van Partridge, de Ad Swierserie. Binddraad komt gewoon van de markt en is een dik soort naaigaren dat je in de meest flashy kleuren heel goedkoop kan kopen. Bucktail is meestal afkomstig van Orvis.
Eerst bind ik op de achterste haak drie toefjes bucktail in, die dienen als ondersteuning. Boven die toefjes bucktail komt een lange staart van bijvoorbeeld yakhaar of kunsthaar. Bovendien bind ik ook twee of vier stijve (meestal grizzly) hackles in met de holle kant naar buiten. Vervolgens wordt de eindhaak en de voorste haak volledig afgewerkt met bucktail en glitter. De bucktail wordt rondom ingebonden, glitter bind ik enkel van boven in om verwarring in de haken te voorkomen. Ik besluit met kettingoogjes op de eerste haak zodat de streamer in het water een jiggende beweging krijgt. Mijn voorkeur gaat uit naar volgende kleurcombinaties : rood/wit, geel/oranje, zwart/wit, roze/wit, chartreuse/geel en zwart/blauw, alhoewel ik reeds op de meest eigenaardige en niet snoekerige  kleuren gevangen heb.   
Deze lange, doch slanke streamer vis ik vlot met mijn oude éénhandige Loomis European Salmon-hengel. Deze driedelige hengel is met zijn elf voet (3,30 m) uitstekend om in polder te vissen. De lengte laat je immers toe ver uit de oever te blijven of om over rietkragen te werpen en te vissen. Het is daarom spijtig dat er zo weinig echt lange streamerhengels op de markt zijn. De vliegenlijn is een WF Aftma 9 drijvend in de polder; intermediate of traag zinkend in kanalen of meren. Als reel gebruik ik een oude Hardy Marquis Multiplier.
De streamers worden door middel van een spinstang met speld met wijde boog  (type Okuma stainless snap-lock nr. 2) aan de leader bevestigd die meestal bestaat uit een stuk 55/100 en een stuk 45/100 nylon, totaal zo'n 2 m lang. Op ondiep water vis ik mijn streamers altijd zo dat ik ze zie. Sla echter bij een aanbeet niet te vroeg aan.  
Bij redelijk  tot zeer helder water hoeft streamervissen niet onder te doen voor andere wijzen van kunstaasvissen. Jaren viste ik enkel met de streamer, terwijl mijn vismaat hoofdzakelijk met spinners viste. Nooit lagen de vangsten ver uit elkaar, terwijl ik als vliegvisser toch beduidend minder worpen maakte.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten